Ga naar de inhoud

Het gevecht met de Hydra Deel 2

Een eerste kennismaking met het veelkoppige monster van het nihilisme
Dostojewski

De verzuchting ‘we leven nu eenmaal in nihilistische tijden’ ligt tegenwoordig op steeds meer lippen bestorven. Naarstig worden negatieve gebeurtenissen en ontwikkelingen, denk bijvoorbeeld aan oorlogen, racisme en de opwarming van de aarde, toegeschreven aan het nihilisme, als zou het hier gaan om een demonische kracht waaraan wij mensen vrijwel machteloos zijn overgeleverd. In een cursus van drie of vier semesters wordt geprobeerd wat meer greep te krijgen op een in zichzelf uiterst grillig en complex fenomeen dat als een ware duivelskunstenaar steeds weer in een nieuwe gedaante aan ons verschijnt. We zullen ons licht opsteken bij filosofen als bijvoorbeeld Friedrich Nietzsche, Martin Heidegger en Emanuele Severino, maar gaan ook te rade bij schrijvers als Ivan Toergenjev, Fjodor Dostojewski, Ernst Jünger en Thomas Mann, die allen hun eigen gevecht met een van de koppen van de Hydra hebben geleverd. De hoop op een afgeronde en geruststellende definitie aan het einde van een lange en soms moeilijke weg zal ijdel blijken te zijn, want het nihilisme

blijft bij gebrek aan een ware Hercules telkens weer de kop opsteken en ons voor nieuwe raadsels stellen, zoals onder meer zichtbaar wordt in de studies van hedendaagse filosofen als Wendy Brown en Mehdi Belhaj Kacem.

wilt u meer lezen

Nietzsche

De eerste colleges voeren ons naar het negentiende-eeuwse tsaristische Rusland, dat een ideale voedingsbodem vormde voor het nihilisme. Revolutionairen van diverse snit (anarchisten, socialisten en communisten) bekenden zich tot het nihilisme in hun strijd tegen de autocratische instituties van de feodale Russische staat. Onze aandacht gaat evenwel niet uit naar de ideologen van het revolutionaire elan, maar naar de romanschrijver Fjodor Dostojewski (1821-1881) en dan in het bijzonder naar zijn spraakmakende roman Boze Geesten, die tevens wordt gezien als zijn meest politieke roman. Als aanhanger van de conservatieve Slavische School is Dostojewski een verklaard tegenstander van de nihilistische revolutionairen. In zijn ogen zijn het boze geesten die als het ware vervloekt zijn door een kwaadaardige geest en sindsdien onder diens kwalijke invloed staan. In zijn roman neemt de auteur het nihilistische geweld van de revolutionairen kritisch onder de loep en wil hij vooral aantonen waar blind fanatisme toe kan leiden. Niet alleen jonge nihilistische revolutionairen als Pjotr Stepanovitsj Verchovenski moeten het echter ontgelden, maar ook een collega-schrijver als Toergenjev, die als het personage Karmazinov in de roman voorkomt en wordt afgeschilderd als een handlanger van de vermaledijde nihilisten, fungeert min of meer als een kop van Jut.

Het vizier zal dit semester evenwel met name gericht zijn op Friedrich Nietzsche (1844-1900), de denker wiens naam voor altijd verbonden is met het nihilisme, maar in wiens werk deze term slechts sporadisch voorkomt. Weliswaar geïnspireerd door zijn Russische voorgangers verviel Nietzsche zeker niet tot blind epigonisme, maar nam hij duidelijk afstand. In zijn ogen bood het nihilisme zoals het omarmd werd door de Russische intellectuelen en revolutionairen geen opening naar een hoopvollere toekomst. Voor de Duitse denker representeert het nihilisme een catastrofe die ongeveer tweehonderd jaar zal duren, wat betekent dat de huidige mens er middenin zit. Deze periode wordt gekenmerkt door de affecten afkeer, medelijden en de lust om alles te vernietigen. Op de vraag wat nihilisme betekent antwoordt Nietzsche in zijn Nagelaten Fragmenten: ‘dat de hoogste waarden hun waarde verliezen.’ Met deze hoogste waarden wordt onder andere verwezen naar de waarden zoals ze worden verdedigd door het (platoonse) christendom, denk bijvoorbeeld aan het medelijden. Voor Nietzsche bestaat er een nauwe band tussen het christendom en het nihilisme, vandaar dat hij de christelijke moraal ook ‘een zeer bepaalde verklaring’ voor het nihilisme noemt. Deze nauwe band met het christendom laat in ieder geval al doorschemeren dat voor Nietzsche het nihilisme zeker niet mag worden geduid als ‘de radicale verwerping van waarde.’ Tijdens de colleges zal onder andere deze band tussen christelijke moraal en nihilisme nader moeten worden uitgewerkt, daarbij zullen ook andere onderwerpen de revue passeren, bijvoorbeeld de verschillende vormen van nihilisme, de dood van God en het antagonisme tussen Dionysos of de Antichrist en de Gekruisigde. Vergeet echter niet dat een eenduidig antwoord op de vraag wat nihilisme voor Nietzsche betekent onmogelijk kan worden gegeven. Als een waar liefhebber van raadsels zal hij het raadsel niet oplossen, maar ons er verder in verstrikken.

sluiten

Over de docent: Drs. Nico Dieteren verzorgt, na afronding van de studies Nederlandse taal- en letterkunde en filosofie, al meer dan twintig jaar cursussen filosofie. Zo was hij onder andere van 1996-2020 als docent filosofie werkzaam voor HOVO Nijmegen..

 

Tijdstip cursus:

Vrijdagochtend van 10.30-12.30 uur

Begin- en einddatum:

7 februari tot en met 25 april 2025

(m.u.v 28 februari en 18 april)

Onderwijsvorm: 10 hoorcolleges met de mogelijkheid tot het stellen van vragen.
Literatuur Er worden opzetten en samenvattingen van de colleges aan de cursisten uitgedeeld of gemaild.
Kosten: 300 euro
Locatie: Titus Brandsma Memorial Nijmegen (Titus-zaal)
  Stijn Buysstraat 11 6512 CJ  NIJMEGEN (dichtbij NS-station en Keizer Karelplein)
aanmelden:  via email: n.dieteren@chello.nl